Gert de Zeeuw

Gert de Zeeuw.
Foto van Oorlogsgravenstichting.

Gert de Zeeuw
(Rotterdam, 6 september 1917 – Neuengamme, 18 april 1943)

Fragment uit de brief die Gert vanuit kamp Amersfoort of kamp Vught schreef aan zijn verloofde Marietje Jonkmans.

“Wat wij doorgemaakt hebben, is werkelijk niet de moeite waard, vergeleken bij de beproevingen van anderen en in het kader van het heele werelddrama is het heelemaal niets. Wordt het niet erger dan het tot nu toe geweest is, dan komen wij er eerder gehard, dan kapot uit. — Als ik iets geleerd hoop te hebben, is dat juist wel, de werkelijkheid en de mensen te accepteren zooals zij zijn. Misschien is het dat ook, waardoor ik vrij van haat ben. Naast veel slechts en laags heb ik toch ook te veel goeds en ontroerends meegemaakt. (…)

Ook kan ik als het moet wel afstand doen, zo oneindig waardevol als het leven me nu is, was het mij toch nooit. Behalve de haat valt hier ook de eerzucht van je af: je bent daarvoor teveel verbonden met allen die lijden. —- Ik hoop zo tenminste iets van de kracht, die ons hier bezielt, duidelijk te hebben kunnen maken. In elk geval hoop ik in de toekomst aan de kant van de “zachte krachten” te kunnen staan, die de instandhouding van het leven en van de meest simpele levensvoorwaarden dienen.

Soms benijd ik Anne wel eens, die leeraar kan zijn. Leeraar Nederlands is in ieder geval iets heel zinvols: het doorgeven van de waarden, die in onze literatuur opgestapeld liggen. Ook dit is werken in de toekomst en wellicht het meest vruchtbare, wat ik op het oogenblik zou kunnen doen. Ik doe het nu hier al zo goed als het gaat, naar aanleiding van gedichten en ben dankbaar “schoonheids troost” te kunnen brengen als het eens erg moeilijk is.”

Gerrit Huig de Zeeuw, roepnaam Gert, werd geboren op 6 september 1917 in Rotterdam. Hij kwam uit een gezin met drie kinderen: Jetske, Reinier en Gert. Gert was de jongste.

Gert, Jetske en Reinier in 1929. In dat jaar zaten zij alle drie op het Erasmiaans. Gert begon dat jaar in de eerste klas. De familie woonde op de Schiebroekselaan 68.

Erasmiaans Gymnasium en Universiteit Leiden

Gert zat op het Erasmiaans van 1929 tot 1935. Hij ging elk jaar over en doet eindexamen alpha. In zijn eindexamenjaar verhuisde de familie naar Oegstgeest. In hetzelfde jaar, 1935, begon Gert met de studie Nederlandse Letteren aan de Universiteit Leiden. Tijdens zijn studie woonde hij op het adres Vreewijklaan 4 in Leiden. Vermoedelijk was dit toen een studentenhuis. Op 7 juli 1938 stond in de Nieuwe Leidsche Courant dat Gert geslaagd was voor zijn kandidaatsexamen.

Politieke betrokkenheid

Tijdens zijn studietijd was Gert zeer politiek betrokken. Hij werd voorzitter van de S.D.S.C., de Sociaal-Democratische Studenten Club. In 1939 mocht Gert alle sociaal-democratische studentenclubs vertegenwoordigen bij het congres van de Socialistische Jeugd-Internationale in Rijssel, beter bekend als Lille (Noord-Frankrijk). De student Nederlands was goed onderweg om naam te maken in de politieke kringen, totdat de oorlog uitbrak.

Gert met zijn verloofde Marietje Jonkmans, bij het huwelijk van Gerts broer Reinier in 1938.

Verzet

Gert raakte betrokken bij het verzet via de Amsterdamse student Ad de Jonge. Gert had De Jonge leren kennen binnen de S.D.S.C. Na de capitulatie besloten Gert en Ad samen met de studenten J. Mol (Leiden) en Pieter Noteboom (Groningen) een illegale krant uit te geven.

De titel van de verzetskrant was Uit de woestijn. Als student Nederlands was Gert de voornaamste auteur. Gert probeerde het geestelijke verzet te versterken en spoorde het Nederlandse volk aan om over partijtegenstellingen heen te stappen. Onderdrukking, geestesdwang en vervolging zouden volgens Gert de harten van de Nederlanders niet breken, maar juist hun levenskracht doen toenemen. Uit de woestijn verscheen tweemaal per maand in een gestencilde oplage tussen de 500 en 7000 exemplaren.

De drang naar vernieuwing, naar een nieuwe orde, was groot, was onweerstaanbaar in die tijd.

Fragment uit een politiek-idealistisch stuk van Gert de Zeeuw, gepubliceerd in de verzetskrant Uit de woestijn. Gert was een van de oprichters van deze krant.

Vrij Nederland en arrestatie

Gert de Zeeuw werkte ook mee aan Vrij Nederland. Deze verzetskrant werd steeds bekender, maar dat zorgde ook voor bemoeienis van de Sicherheitspolizei. Bij de Hollandsche Lloyd, een rederij in Amsterdam, werden exemplaren van VN aangetroffen bij een verspreider van illegale bladen. Dit was het begin van het einde. In de maanden maart, april en mei 1941 arresteerde de bezetter 65 leidende figuren van Vrij Nederland, Uit de woestijn, Nederland Vrij!, De schijnwerper en De vrije Nederlander.

Op 18 maart 1941 werd Gerrit Huig de Zeeuw opgepakt door twee rechercheurs van de Sicherheitspolizei. Van juni 1942 tot november 1942 verbleef hij in het Oranjehotel. Gert zat in cel 546 en cel 501.

Tocht langs concentratiekampen

Voor veel gevangenen betekende het Oranjehotel het beginpunt van een lange tocht langs Duitse gevangenissen en vernietigingskampen. Zo ook voor Gert. In Utrecht zat hij vast in gevangenis Wolvenplein, oftewel de Deutsche Untersuchungs- und Strafgefängnis. De gevangenis was onder andere bestemd voor verspreiders van illegale lectuur. Door de cipiers werden lijfstraffen toegepast. Er zijn verhalen bekend over bewakers die gevangenen van de trappen duwden of hen in elkaar sloegen met knuppels.

Daarna verbleef hij korte tijd in kamp Amersfoort. Vervolgens kwam Gert terecht in kamp Vught, waar hij tot 13 maart 1943 zou verblijven. Op 14 maart 1943, bijna twee jaar na zijn arrestatie, kwam Gert aan in kamp Neuengamme.

Overlijden in Neuengamme

Gert hield het nog ruim een maand vol in dit verschrikkelijke kamp. Hij overleed op 18 april 1943 op 25-jarige leeftijd. Volgens de officiële overlijdensakte van Neuengamme was de doodsoorzaak een maag- en darmcatarre. Dat is een ontsteking van het slijmvlies van de maag of darm, meestal veroorzaakt door een bacterie of een virus. Dit kwam vaak voor in concentratiekampen door de slechte hygiëne. Het is echter niet zeker of Gert hier daadwerkelijk aan is overleden. Vaak werd er in de registratie maar wat opgeschreven, met de bedoeling om de erbarmelijke omstandigheden in het kamp te verhullen.

In een in memoriam dat in juli 1945 verscheen in Het Vrije Volk herinnerde Kees Rotmans zich Gerts “rustige en evenwichtige persoonlijkheid met de warme ogen” en “zijn beheerste stem, waarin zijn menselijkheid, zijn idealisme doortrilt”.

Terra ei levis sit

 

Erasmiaan Berend ten Brink onderzocht het leven van Erasmiaan Gert de Zeeuw voor zijn profielwerkstuk.