Erasmiaanse Namen

Erasmiaanse Namen is een meerjarig educatief project waarbij leerlingen van het Erasmiaans Gymnasium zelf historisch onderzoek doen naar de oorlogsslachtoffers van hun eigen school. Leerlingen kunnen dit doen als verdiepingsactiviteit of in het kader van hun profielwerkstuk. Deelname geschiedt op vrijwillige basis.
Rondom de Dodenherdenking worden de resultaten van het onderzoek op school tentoongesteld, samen met de namen van alle Erasmianen die de Tweede Wereldoorlog niet overleefden. De tentoonstelling Erasmiaanse Namen wordt elk jaar aangevuld, steeds met nieuwe biografische gegevens uit het educatieve project.
Iets over de Erasmiaanse oorlogsslachtoffers
Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn 130 Erasmianen omgekomen door oorlogshandelingen. Onder hen zijn 80 Joodse Erasmianen. De andere gevallenen zijn verzetsstrijders, krijgsgevangenen, militairen, en burgers die omkwamen in Japanse interneringskampen of bij bombardementen en beschietingen. Al sinds 1946 worden hun namen elk jaar voorgelezen op school.
De huidige generatie leerlingen weet weinig van de Erasmiaanse oorlogsslachtoffers. Alleen hun namen komen eens per jaar voorbij. Voor de leerlingen zijn het ’lege’ namen. Namen zonder verhaal. Namen zonder betekenis. De namen gaan pas leven door de verhalen erachter. Zoals het verhaal van Bob de Glopper, die omkwam bij het vergeten bombardement van Tussendijken. Hij speelde piano tijdens het bombardement. Alleen de bladmuziek is teruggevonden: Bach. Of het verhaal van Davey Croll, de jonge scheikundige die stierf als krijgsgevangene bij de Birma-spoorlijn. Het verhaal van Lientje de Haas en Egon Stein, die samen trouwden, maar kort daarna vermoord werden in Sobibor, samen met hun vijf maanden oude dochtertje Lea.
Deze mensen zaten op dezelfde school als de huidige leerlingen. Ze lazen en schreven in dezelfde schoolkrant. Ze zwoegden op Latijn en wiskunde. Sommigen van hen kwamen uit gegoede families, anderen uit families die een stuk minder welgesteld waren. Sommigen deden eindexamen op het Erasmiaans. Anderen haakten voortijdig af, bijvoorbeeld door een verhuizing. Allen waren Erasmiaan.

Iets over het onderzoek naar de Erasmiaanse Namen
Op de oorspronkelijke lijst uit 1946 stond relatief veel ‘bekende’ Erasmianen, zoals jurist Robert Baelde en acteur Bob Oosthoek. Het nieuws van hun verscheiden bleef op school niet onopgemerkt; het ging immers om oud-leerlingen op wie men trots was. Op de oorspronkelijke lijst staan ook relatief veel Erasmianen die omkwamen in het verzet. Ook dit is verklaarbaar: na de oorlog was er meer aandacht voor omgekomen verzetshelden dan voor weggevoerde Joden. De oorspronkelijke lijst was dus niet representatief.
De lijst was ook niet volledig. Tot 2020 herdacht de school wel Mathilde Pool, maar niet haar tante Anna Pool, terwijl beiden oud-leerlingen waren. De school herdacht wel oud-leerling Dora van Veen, maar niet haar vader Jack van Veen, terwijl hij toch ook oud-leerling was. De school herdacht wel Jos Winkel, de oprichter van de nog altijd bestaande Rotterdamse Gymnasiasten Bond, maar niet diens broer Sylvain Winkel en diens zoon Siegfried Winkel, die toch ook Erasmianen waren.
De intentie was goed: oorlogsrector Pattist, rector Van der Velde en vooral schoolhistoricus Van der Blom hebben binnen de mogelijkheden van hun tijd zo nauwgezet mogelijk proberen te achterhalen wat er van de Joodse oud-leerlingen was geworden. Zij hadden echter geen internet tot hun beschikking, evenmin als naslagwerken met namen van oorlogsslachtoffers. Het eerste grote boekwerk van alle omgekomen Nederlandse Joden, In memoriam, verscheen pas in 1995. En pas in 2000 verscheen Kaddisj, het boek met de namen van alle Joodse Rotterdammers die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn omgebracht.
Juist omdat het Erasmiaans Gymnasium een inclusieve school is, vindt de school het belangrijk om alle oorlogsslachtoffers te herdenken. Het gaat de school niet alleen om de bekende Nederlanders en de verzetshelden, maar ook om de vergeten Joden, de minder bekende Erasmianen, de vrouwen, de ouderen.
Enkele publicaties
- Blom, N. van der (1978). De gevallenen. In: N. van der Blom (red.), Grepen uit de geschiedenis van het Erasmiaans Gymnasium, 1328-1978 (p.208-212). Backhuys.
- Blom, N. van der (1991). Grepen uit de geschiedenis van het Erasmiaans Gymnasium, 1328-1978; een aanvulling. In: Rotterdams Jaarboekje, reeks 9, jaargang 9, p.212.
- Schram-Ouweneel, A. (2003). De gevallenen. In: A. Schram-Ouweneel & J. van Oostendorp (reds.), Het Erasmiaans Gymnasium tijdens de Tweede Wereldoorlog; Herinneringen van oud-leerlingen (p.21-29). Elmar / Semper Floreat.
- Schram Ouweneel, A. (2021). Zij die niet terugkeerden; Tentoonstelling Erasmiaanse Namen. In: Tolle Belege, jaargang 29, nr.1 (p.14). Semper Floreat.
- Schram Ouweneel, A. (2021). Zoektocht naar de oorlogsslachtoffers van het Erasmiaans Gymnasium. In: Tolle Belege, jaargang 29, nr.1 (p.12-13). Semper Floreat.
- Stout, L. (1995). De eerste tien jaren aan de Wytemaweg (1937-’46). In: L. Molenaar (red.), Het Erasmiaans Gymnasium na 666 jaar (p.259-301). Elmar.
Dank
Het initiatief voor Erasmiaanse Namen kwam van oud-leerling Anne Schram Ouweneel. In 2003 maakte zij het boek Het Erasmiaans Gymnasium in de Tweede Wereldoorlog – Herinneringen van oud-leerlingen, uitgegeven in de reeks Historische Publicaties Roterodamum. Het project Erasmiaanse Namen is ontwikkeld met steun van het vfonds, het Elise Mathilde Fonds en het Erasmusfonds.